Regionale intervisie
Ontmoeting #Zorg & Welzijn
De resultaten van een regionale intervisie met 5 koplopers uit de regio, om van elkaar te leren hoe ze hun initiatief kunnen verduurzamen. De intervisie vond plaats in het kader van het Zorgpact, waarin vele samenwerkingsverbanden deelnemen.
Op woensdag 5 april vond de eerste regionale intervisie plaats, in het oosten van het land. Vijf koplopers uit de regio verzamelden zich bij het ROC van Twente, om van elkaar te leren hoe ze hun initiatief kunnen verduurzamen. De intervisie is een voorbeeld van de maatwerkondersteuning door het Zorgpact.
Nieuwste technologische snufjes
De intervisie vindt plaats bij de Twentse Zorgacademie. Deze Koploper zet zich in om mensen langer zelfstandig thuis te laten wonen met (zorg)technologie en hulpmiddelen. In het ROC van Twente is een ruim appartement gebouwd waar studenten, professionals en andere belangstellenden kennis kunnen maken met de nieuwste technologische snufjes. Terwijl de Koplopers aan tafel overleggen, staat in een hoek een hometrainer met een fietsroute op het scherm en zoemt de stofzuigrobot in de woonkamer van de aangrenzende proefwoning.
Dezelfde fase
De koplopers hebben elk 30 minuten om een casus voor te leggen en te bespreken met de anderen. De state-of-the-art-omgeving werkt duidelijk inspirerend: de koplopers kunnen elkaar goed adviseren. Opvallend is dat de koplopers elkaars problematiek vaak herkennen. Dorine Koopman-van den Berg van Wijklink Oost: ‘Het is leuk om te zien dat je in dezelfde fase zit. Er zijn daardoor veel overeenkomsten en dat maakt het makkelijker om elkaar te helpen.’
Elkaars projecten versterken
De intervisie biedt ook inspiratie om de verbinding tussen de projecten te intensiveren. Cisca van der Span van Wijkleercentra: ‘We hebben binnen het zorgdomein te maken met zoveel verandering, zoals vergrijzing, de mogelijkheden die ICT biedt en de afname van jonge mensen die voor het vak kiezen. De wereld van zorg en welzijn zal helemaal moeten vernieuwen. Aan deze tafel hebben we samen al veel materiaal om de toekomst binnen de regio vorm te geven en aan de slag te gaan.’
De koplopers weten elkaar soms al te vinden, dus wat is de meerwaarde van zo’n intervisie, georganiseerd door het Zorgpact? Jan Wiggers van All you can Learn zegt hierover: ‘Zo’n fysieke ontmoeting werkt goed voor mij. En het Zorgpact kan ons helpen om het overzicht te houden en ons, waar nodig, met elkaar te verbinden.’ Eric Wolkotte van de Twentse Zorgacademie vult aan: ‘Ik vind zo’n regionale intervisie prettig, ik zou dit wel drie keer per jaar willen.’
Maatwerkondersteuning
Sinds een aantal maanden biedt het Zorgpact de maatwerkondersteuning aan. Aanleiding was dat Koplopers vaak tegen vergelijkbare problemen aanlopen op het gebied van verduurzamen van hun project. Daarom wil het Zorgpact de koplopers graag helpen met verduurzamen en opschalen van de samenwerkingsinitiatieven. Het Zorgpact werkt samen met koplopers aan producten en kennis gedeeld kunnen worden, ter versterking van de lerende kopgroep.
Wil je meer informatie over de maatwerkondersteuning voor de Kopgroep? Neem contact op met Johannes van den Eerenbeemt.
Belangrijkste adviezen met betrekking tot verduurzamen van een koploperproject:
Deze adviezen zijn geordend met behulp van het Business Model Canvas. Het Business Model Canvas is een krachtige visuele tool, bestaande uit negen bouwstenen. Zie onderaan voor de presentatie over twee van de bouwstenen: waardepropositie en verdienmodel.
I. Waardepropositie:
- Vertaal het aanbod van je samenwerkingsverband/ initiatief naar waarde voor je potentiële partner en of klant, zoals een gemeente, bedrijf of instelling. Hierbij kan het van waarde zijn om je practoraat of lectoraat te betrekken bij het opstellen van een mooi rapport met de inzichten vanuit de samenwerking. Verwerk hierin ook de financiële baten.
- Maak de toegevoegde waarde van samenwerking inzichtelijk. Maak het daarmee aantrekkelijk voor je klant en of partner om zich bij de samenwerking aan te sluiten.
II. Verdienmodel:
- Ga altijd op zoek naar meerdere verdienmodellen. Als in de praktijk één verdienmodel niet lijkt te werken, heb je een alternatief om op terug te vallen.
- Om klanten niet te overweldigen met de totaalprijs kun je het totaal bedrag wat je aan klanten vraagt opknippen in kleinere bedragen. Dit kan door jouw dienstverlening op te knippen en aan elke onderdeel een aparte prijs te hangen. Dan is het ook makkelijk voor de partner op te brengen, omdat ze bedragen uit verschillende budgetten kunnen betalen.
- Wanneer klanten substantieel van grootte verschillen, kun je verschil maken in de bijdrage die je vraagt per klant. Bijvoorbeeld: vraag een kleine standaard fee en vraag paar fte/ personeelslid/ gebruiker een vaste bijdrage. Daarmee laat je ook zien dat je dienst relatief goedkoop is.
- Wanneer je specifieke producten of diensten van bedrijven beschikbaar stelt voor derden, kan het zijn dat deze derden deze producten of diensten inkoopt. In dat geval kan het lonen om een commissie te vragen wanneer derden deze producten via jouw aanschaffen.
III. Contact met partners en/of klanten:
- Persoonlijk contact is belangrijk bij het binden van partners. Nodig ze uit bij één van je fysieke locaties. Laat zien wie je bent, waar je zit en wat je doet.
- Stel, je hebt al een aantal partners gecommitteerd aan de samenwerking. Hoe krijg je die partners zo ver dat ze een waardevolle bijdrage gaan leveren? Investeer in het samenbrengen en verbinden van de partners. Belangrijk hierbij is dat je ze een dag(deel) weghaalt van de dagelijkse gang van zaken, zodat ze zich volledig eigenaar kunnen maken van de samenwerking. Maak het leuk en verdeel taken.
IV. Kanalen om nieuwe partners en/of klanten te bereiken:
- Committeer elke partner om elk jaar een nieuwe partner binnen te halen.
- Als je moeite hebt met het overtuigen van de meerwaarde van je samenwerking, kan storytelling helpen om dit duidelijk te maken voor specifieke doelgroepen. Storytelling is een krachtig communicatiemiddel om ervaringsverhalen te delen met anderen.
- Wanneer je weerstand ondervindt bij zorgdocenten om de praktijk in te gaan, kan het helpen om zorgprofessionals uit te nodigen in het onderwijs.